Het tweede team had slechts 1 matchpunt na 4 wedstrijden en de situatie was kritiek. Een overwinning in de cruciale wedstrijd tegen RSC-Belgisch Park leidde het herstelde in en tegen DD werd het lijfsbehoud veiliggesteld ondanks dat drie sterke spelers moesten afzeggen. Voor de wedstrijd tegen SHTV stond voor beide teams niets meer op het spel. De Westlanders boekten een 4½-3½ overwinning en sloten het seizoen af op een vijfde plaats met 7 matchpunten.
Johans tegenstander sloot in de opening zijn eigen loper op en Johan stond dus al snel een stuk voor. Johan offerde een stuk terug om de zwarte koningsstelling op te blazen en jaagde de zwarte koning naar de vierde rij. Hij miste nog even mat in 1, maar de koning had hoe dan ook niet lang meer te leven.
Dirk had na de opening activiteit voor een pion. Er werd afgewikkeld naar een dubbel-toreneindspel, waarin wit een veropgerukte vrije a-pion had en Dirk een gedekte vrije c-pion. Wit moest de a-pion blijven dekken en Dirk moest de pion onder vuur blijven houden, zonder dat hij hem kon winnen. Beide partijen kwamen dus niet verder en er werd tot remise besloten.
Ard speelde met wit tegen Maarten Stolte, de sterkste speler van de SHTV. Ard won met een mooie truc een pion, maar zwart had wel wat tegenkansen en het was zeker nog niet makkelijk. Daarom werd remise overeengekomen.
Wim kwam iets minder uit de opening en vroeg vervolgens te veel van zijn stelling met f5. Hij kwam in een dodelijke penning op de diagonaal. Zijn tegenstander ontweek de trucjes die Wim nog in de stelling bracht en Wim moest al snel de handdoek in de ring gooien.
Gerben was in de opening iets te ambitieus en wit kreeg een erg goede stelling die ook nog een heel makkelijk speelde. Gerben hoopte dat zijn tegenstander, die behoorlijk wat elo-punten minder had, in tijdnood nog een fout zou maken. Het speelde echter zo makkelijk voor wit dat de stelling voor Gerben al hopeloos was voordat wit in tijdnood kwam. Zo kwamen we dus met 2-3 achter, maar de overige borden stonden goed tot gewonnen, dus een overwinning leek nog wel mogelijk.
SHTV had op bord 1 hun zwakste speler opgeofferd, waarschijnlijk omdat ze bang waren voor Menno. Menno speelde echter niet mee en Frans zat op het eerste bord. Wit zette de partij rustig op en gebruikte veel tijd. Ondanks dat stond Frans beter en toen bij wit de tijd begon te dringen, ging hij al snel in de fout. Frans won een pion en later een kwaliteit en won het eindspel vervolgens eenvoudig.
Jacob had een pion gewonnen, maar zijn tegenstander wist in het middenspel tegenspel te krijgen. Hij verloor zijn extra pion weer en het eindspel was iets beter voor zwart niet voldoende om te winnen. In gloeiende tijdnood bood zwart remise aan net op het moment dat hij een verliezende zet deed. Jacob had het aanbod echter direct aangenomen.
Thierry won in het middenspel een pion, maar het eindspel was lastig te winnen. Na wat afwikkelingen kwam er een toren eindspel p het bord met twee tegen een pion. Dit was remise, maar zwart liet Thierry’s koning oprukken, waardoor hij alsnog wist te winnen en de matchpunten binnenhaalde.
Schaakmat Westl. 2 | 1889 | - | SHTV 2 | 1820 | 4½ | - | 3½ | |
1 | F. Vreugdenhil | 2004 | - | B.X.A. Spierings | 1627 | 1 | - | 0 |
2 | T. Bieger | 1977 | - | E. van Dijk | 2007 | 1 | - | 0 |
3 | G.J. van Leeuwen | 1884 | - | K.L. Baak | 1730 | 0 | - | 1 |
4 | A.E. Dekker | 1920 | - | M.J. Stolte | 2046 | ½ | - | ½ |
5 | D.M. van Nieuwkerk | 1690 | - | G.J. Willighagen | 1867 | ½ | - | ½ |
6 | J.P. Voorberg | 1937 | - | J. van Klaveren | 1744 | 1 | - | 0 |
7 | W.G.M. Duijvesteijn | 1725 | - | E.E. Baak | 1816 | 0 | - | 1 |
8 | J. Buitelaar | 1972 | - | M. Tamminga | 1722 | ½ | - | ½ |